John Coffey: The Homecoming in TivoliVredenburg
De rock ‘n’ roll in Nederland is al jaren niet meer wat het vroeger was. Veel rauwe bandjes hebben hun plekje weg moeten geven aan radio-vriendelijke pop rock, en echt ruimte voor een lekkere pot hardcore is nog alleen in de kleinste venues te vinden. Maar er is één grote uitzondering. De Utrechtse heren van John Coffey zijn al enkele jaren bezig met de Nederlandse definitie van punk te herdefiniëren. Momenteel misschien wel de populairste Nederlandse punk rock band, die bekend staat om hun energieke shows. Met die shows trekken ze ondertussen door heel Europa en zelfs daarbuiten, maar nu na het opnemen van hun nieuwe EP A House For Thee, wordt het eens tijd dat ze een showtje geven in hun thuisbasis.
Maar het is niet zomaar even een klein showtje. Wat John Coffey in de TivoliVredenburg neerzet, lijkt meer op een festival dan op je doorsnee zaterdagavond concertje. De deuren zijn al vanaf 4 uur ’s middags open en in de hallen van TivoliVredenburg zijn veel eetkraampjes, een DJ en heb je zelfs de mogelijkheid om bij Stay Classy even snel een tatoeage te laten zetten. Met maar liefst vijf bands op het programma moet dat wat beloven. Een avondje vol baarden, gitaren, mannen met lange haren en vooral veel bier: dat is de Homecoming show van John Coffey.
In alle vroegte van de dag, om kwart voor vijf ’s middags, staat de eerste van de vijf bands op het podium van de Ronda. De Nederlandse/Duitse Swain, voormalig bekend als This Routine Is Hell, is in komen vallen nadat de Britse band Frank Carter & The Rattlesnakes hun tour heeft moeten cancellen vanwege griep. De band is speciaal voor deze show vanuit Berlijn terug naar Utrecht gereisd om het podium te openen. Met een harde ruwe sound die een beetje doet denken aan de grunge-stijl van Nirvana entertainen ze het aanwezige publiek. In alle vroegte van de dag is het nog niet heel erg druk, maar gezellig is het wel al. Hier en daar loopt het op het podium niet allemaal even soepeltjes, maar de passie is wel te merken als de gitarist van het gezelschap de luidste herrie kan produceren door met een bierflesje te spelen. De band speelt vooral veel nieuwe nummers, die afkomstig zijn van hun nieuwe plaat die ze binnenkort uit zullen brengen, en van wat we hier gehoord hebben, kan het wel eens een vette plaat worden.
Vervolgens is het de beurt aan de Eindhovense jongemannen van Mozes & The Firstborn. Het viertal maakt in verhouding tot de andere bandjes van vanavond toch iets minder heftige muziek. De stijl kan een beetje beschreven worden als een mix tussen garage rock en indie pop. Hier en daar een vrolijk melodietje en dan weer een scheurende Nirvana-achtige riff. Qua performance weten de heren zich echter wel goed aan te passen, zeker later in de set, waar het voor het genre muziek wat ze maken het er misschien toch wel een beetje hard aan toe gaat.
Na een korte pauze – ideaal voor avondeten, bijvoorbeeld een dikke vega- of niet-vegaburger, is het de beurt aan de eerste internationale band van de avond, de Britse Black Peaks. Het viertal maakt een aparte, uitzonderlijke combi tussen hardcore en rock ‘n’ roll maar experimenteert aan alle kanten met verschillende kleine subgenres. Wat ze ook spelen, één ding is het in ieder geval: hard. Vet hard. Frontman Will Gardner, met zijn net iets te kleine shirtje, leidt de band terwijl hij zijn stem op alle niveau’s gebruikt, van intens hoog gekrijs tot een diepe smoothy sound. De catchy melodietjes worden afgewisseld met de typerende chaotische mathcore elementen. Hoewel het erop lijkt dat de band nog niet erg bekend is bij het publiek, valt het aan het energieniveau in de zaal niet te merken. Moshpits en stagedivers ontbreken zeker niet. Tijdens het nummer “Say You Will” wordt de vloer opengemaakt voor een wall of death, die echter zolang op zich laat wachten dat het voor velen de perfecte gelegenheid wordt om even te slowdancen. De band sluit de chaotische set af met het bericht dat het Utrechtse publiek mogelijk één van de beste publieken voor de band ooit was, dus dat is dan altijd mooi meegenomen. Het zou ook helemaal niet erg zijn om de band weer terug op Nederlandse grond te zien.
Vervolgens is het de beurt aan de Australische formatie King Gizzard & The Lizard Wizard. Voor degenen die nog nooit eerder van deze groep gehoord hebben zal het onwaarschijnlijk een vreemde eend in de vijver zijn. Op het podium staat namelijk niet een standaard rock band, maar een enorme setting, met als opmerkelijkste punt de twee drummers. De psychedelische rock band krijgt in ieder geval de zaal bomvol, zodra ze van start gaan met hun aparte muziek. Het Utrechtse publiek wordt onderworpen aan een barrage van vreemde maatsoorten, onverstaanbare, gemanipuleerde zang, enkele melodietjes gespeeld op een fluit en nog veel, veel meer. Omdat de band graag medleys maakt en de jam rock-achtige tracks sowieso niet erg kort zijn, kunnen de nummers van de band wel gemiddeld een minuut of tien duren. Hierdoor wordt de muziek op de lange duur nog wel eens erg langdradig, aangezien het alsmaar hetzelfde klinkt. Achterop het podium worden non-stop de meest trippy visuals geprojecteerd, wat wel een beetje de toon van de muziek van King Gizzard & The Lizard Wizard zet.
Na een uurtje trippen is het dan eindelijk tijd voor de heer en meester van de Nederlandse punk rock. John Coffey is weer thuis. De band heeft in de afgelopen jaren heel wat werk verricht en dat is ook zeker terug te zien in deze uitverkochte hometown show. Maar zodra de lichten uitgaan laat de band nog heel eventjes van zich wachten. Over de speakers wordt een tape gedraaid waarin pure gitaar noise wordt afgespeeld. En dat dan ongeveer een kwartier lang, voordat de band zich eindelijk laat zien. Het is vanaf dat moment ook dan meteen een explosie als de band de set start met het nummer “Broke Neck”. En ja, een John Coffey show, maakt niet uit in welke zaal, blijft een John Coffey show. De feeststemming zit er al meteen in met confetti, ballonnen en heel veel stagedivers.
Stagedivers? Jazeker. Je zou in eerste instantie verwachten dat in de Ronda van TivoliVredenburg, met een podium van ongeveer 1,60 meter hoog het erg moeilijk wordt om überhaupt het podium op te komen, maar daar valt absoluut niks van te merken als John Coffey de ene naar de andere track speelt. Al snel maakt de band plaats voor nummers van hun nieuwe EP A House For Thee, waaronder de bijna-titeltrack “No House For Thee”, die zo te horen erg goed ontvangen wordt door de fans. Naast de vele capriolen die het publiek uithaalt, zoals de enorme pits, wall of deaths en stagedives, kan de band er zelf ook wel wat van. Halverwege in de set verlaat de gehele band het podium, tot we even later frontman David en gitarist Chris bovenop de trappen naar het balkon zien staan om daar lekker met z’n tweetjes verder te spelen. Maar daar laten ze het zeker niet bij. Sterker nog, je zou bijna een boek kunnen schrijven van alle memorabele momenten van de show.
Het hele totaalpakketje is een geslaagd feest geworden. Met een duidelijke handtekening gezet door John Coffey. Zelfs het bier was van het merk John Coffey. Kortom, John Coffey is voortaan niet meer weg te denken uit de Nederlandse muziekscene. De band is hard op weg om zichzelf nog verder te ontwikkelen, en doet dat met een enorme glimlach. Hopelijk gaat de band nog ver komen en zullen er veel bands die hen volgen.